10 voorbeelden ter inspiratie voor het profiel Noah

1) Suc6

Noah wil de leerlingen uit haar klas informatievaardig maken. In de klas kunnen de leerlingen dit leren met de hulp van het suc6 model.

Met het suc6 model doorlopen leerlingen de stappen starten-vragen-zoeken-vinden-kiezen-terugkijken en gaan zo stap voor stap op zoek naar een antwoord op het internet.

Hierbij staan zij specifiek stil bij de voorkennis die zij hebben, de zoekopdracht en de betrouwbaarheid van de informatie die ze vinden. Ook kijken ze door het stappenplan aan het einde van de proces terug op het bereikte resultaat.

2) Acadin

Acadin is een digitale leeromgeving die ruimte biedt om de talenten van (zeer) intelligente en (hoog)begaafde leerlingen verder te ontwikkelen.

Acadin past bij Noah-activiteiten omdat leerlingen ermee leren hoe je vanuit verschillende bronnen informatie verzamelt en hoe je dit met elkaar in verband brengt. Leerlingen creëren, door de interpretatie van de gevonden informatie, zelf nieuwe kennis.

Leerlingen krijgen een eigen account op Acadin waarop ze uitdagende opdrachten kunnen zoeken. De leerling kiest zelf een opdracht rondom een bepaald onderwerp. Dit zijn vaak opdrachten waarbij leerlingen informatie op moeten zoeken in boeken, op internet, in kranten en tijdschriften. De leerkracht heeft een begeleidende rol. Zo kan een leerling op elk moment een bericht met een hulpvraag sturen naar de leerkracht. De leerkracht kan daar online weer op reageren. Ook kunnen leerlingen op een blog andere Acadin gebruikers om hulp vragen.

3) Bronnen beoordelen

Leerlingen nemen alle informatie die op internet te vinden is, snel voor waar aan. Noah wil de leerlingen leren de gevonden informatie te interpreteren en kritisch te bekijken. Dit kun je al leerkracht met de leerlingen oefenen.

Bijvoorbeeld met een les begrijpend lezen van Nieuwsbegrip (bij deze methode staan de bronnen altijd bij de tekst vermeld). De leerkracht bekijkt samen met de leerlingen de tekst en ze ontdekken wat tegenstrijdigheden. Samen bekijken ze vervolgens de bronvermeldingen. De leerlingen zoeken de bronnen op de computer op en geven aan welke bron ze het meest betrouwbaar vinden en waarom. Samen wordt besproken hoe je verschillende bronnen kunt beoordelen en waar je op kan letten..

 

4) Krakercompetitie

Om leerlingen gericht met zoekopdrachten aan het werk te zetten is de jeugdkrakercompetitie erg geschikt.

Deze jaarlijks terugkerende zoekwedstrijd op internet is bedoeld voor kinderen in de groepen 7 en 8 van de basisschool. In teamverband werken zij zes competitieronden lang samen met de docent aan zeven vragen per week. De vragen worden in de vorm van een verhaaltje gesteld en de teams antwoorden via multiple choice. Na afloop van iedere ronde is er feedback en wordt de zoekweg toegelicht en gemotiveerd. De vier beste teams strijden tegen elkaar in een online finale. Door mee te doen aan de wedstrijd leren kinderen zelfstandig te zoeken op het web en leren ze internet te gebruiken als informatiebron. Ook is er een onderdeel waarin de teams gevraagd worden zich te presenteren door het maken van een filmpje.

5) Spons.nl

Noah vindt het belangrijk om de leerlingen ook te leren om kennis te delen. Dit kan met behulp van de website www.spons.nl.

Met Spons bouwen de leerlingen zelf met video’s, teksten, afbeeldingen en opdrachten een leerpad dat uit verschillende stappen bestaat. Zo kan een leerling een leerpad maken over de gitaar, waarbij hij bijvoorbeeld begint met de geschiedenis en vervolgens in verschillende stappen de werking beschrijft. De leerling deelt het leerpad met anderen, zodat zij er van kunnen leren.

De leerling leert er zelf ook veel van, omdat hij alle kennis die hij heeft over de gitaar op papier moet zetten en erover na moet denken hoe hij dit het beste kan uitleggen aan een ander.

6) Alles is te vinden op internet

Ook in de onderbouw leert Noah de leerlingen dat er informatie te vinden is door gebruikt te maken van verschillende bronnen. De leerkracht is niet de enige kennisbron, en de leerkracht kan ook niet altijd alles weten.

Noah laat dit zien door samen met de leerlingen het antwoord op een vraag op te zoeken op het digibord. Hierbij gebruikt ze verschillende zoekmachines, onder andere ook zoekmachines die gericht zijn op kinderen: Google, Bing, Duckduckgo, Ixquick, Jouwzoekmachine, MeesterSipke of Yandex.

7) Wat ga je opzoeken?

Noah wil de leerlingen leren om gericht op zoek te gaan naar informatie. Hiervooor is het belangrijk dat de leerlingen van te voren bepalen wat ze al weten van een onderwerp en wat ze nog voor nieuwe informatie willen verkrijgen.

Dit kun je in de klas vorm geven door de leerlingen van te voren een woordweb of mindmap te laten maken. Het dwingt kinderen om na te denken over wat ze precies zoeken en het geeft al veel input voor een gerichte en dus effectievere zoekopdracht. Ook voorkomt dit dat leerlingen op het internet rondzwerven zonder uiteindelijk buikbare informatie te vinden.

8) Wikipedia

Wikipedia is de site die veel leerlingen gebruiken om informatie op te zoeken. Noah wil de leerlingen er bewust van maken dat niet alle informatie op internet betrouwbaar is.

Iedereen kan alles op internet zetten, zonder dat er gecontroleerd wordt of het klopt. Het controleren van de informatie doen gebruikers bij wikipedia zelf: ze kunnen aanpassingen doen als ze denken dat iets niet klopt of als ze het ergens niet mee eens zijn. Het is daardoor moeilijk om te bepalen of informatie betrouwbaar is, juist of (te) éénzijdig belicht is.

De leerkracht kan de leerlingen hier bewust van maken door samen een artikel op Wikipedia te zetten, met daarin onzin informatie. Op die manier kunnen de leerlingen zien hoe gemakkelijk een artikel te plaatsen is. Ook kunnen ze reacties afwachten van andere Wikipedia gebruikers. De leerlingen leren dat Wikipedia gerust als opstapje gebruikt kan worden, maar dat het goed is andere websites te zoeken waarmee je de informatie kunt vergelijken.

9) Gebruik van Google Maps

De verkeersles is een goed moment om de mogelijkheden van Google Maps te laten zien aan leerlingen. Bij verkeer leren de leerlingen wat de verschillende verkeersborden betekenen, wanneer je voorrang krijgt als fietser en wanneer je voorrang moet verlenen.

De leerkracht pakt Google Maps erbij en samen met de leerlingen ontdekken ze alle mogelijkheden hiervan. Zo kunnen ze de school opzoeken en de adressen van leerlingen. Streetview kan gebruikt worden om op te zoeken waar welke borden en voorrangsregels gelden.

Als verwerking krijgen de leerlingen de opdracht met Google Maps een route uit te stippelen in de buurt waar zij van begin tot eind voorrang hebben.

10) Kennis op zoeken en vervolgens delen met elkaar

Noah wil leerlingen leren hoe ze informatie kunnen op zoeken, maar ook dat ze kennis met elkaar kunnen delen. Samen weet je meer dan alleen!

Bij de start van een thema bij Engels kunnen leerlingen voorkennis activeren en vervolgens delen met elkaar. De leerlingen moeten zo veel mogelijk Engelse woorden bedenken die te maken hebben met bijvoorbeeld het thema ‘uitvindingen’. De leerlingen kunnen dit doen met Google Translate. De leerkracht demonstreert nog even hoe je hiermee woorden kunt vertalen op internet.  Ook wordt het vertalen van woorden met een woordenboek besproken in de klas.

Vervolgens gebruiken de leerlingen woordenboeken, internet op de computer en internet op hun telefoon om woorden vanuit het Nederlands te vertalen. Ze werken zelfstandig. Daarna gaan de leerlingen met de coöperatieve werkvorm ‘sta op en wissel uit’ aan de slag.  Leerlingen lopen met hun lijstje Engelse woorden rond en wisselen steeds één woord aan elkaar uit. Zo breidt elke leerling de lijst uit.

Vervolgens gaan de leerlingen met de verwerking aan de slag, ze beslissen zelf hoe ze de woorden van hun lijst verwerken: bijvoorbeeld met een woordweb, poster, presentatie of verhaal maken. De groepjes presenteren hun werk aan elkaar.